Nieuwe importheffingen, een
ESA die waarschuwt en analisten die speculeren. De laatste beslissingen van Amerikaans president
Trump">Donald Trump lijken weinig goeds te betekenen voor de game-industrie.
Met de waarschuwing van de ESA dat de importheffingen van
Donald Trump grote invloed gaan hebben op de game-industrie, moeten we misschien ook een stukje verder kijken. De nieuwe importheffingen van de Amerikaanse president zijn niet doelbewust gemikt op de game-industrie, maar hij zal er geen traan om laten dat deze industrie getroffen wordt door de controversiële heffingen.
Tegen geweld in games
Die conclusie kunnen we al trekken op basis van alles wat voor de Amerikaanse verkiezingen werd vermeld in Project 2025, een plan om
Amerika ‘terug te laten keren naar zijn traditionele waarden’. In Project 2025 werd namelijk heel duidelijk beschreven hoe de regering alle games met ook maar een vleugje geweld moet verbannen. De puriteit en onschuld van de jeugd moet immers beschermd worden. Dat er vervolgens iedere dag een middelbare school overhoop wordt geknald, lijkt in dat opzicht overigens een minder groot probleem te zijn.
Bij geweld in games moet je dan ook niet alleen denken aan titels als Call of Duty of GTA 6. In Mario Kart kan je namelijk ook gewoon een schildpad naar iemand anders toe gooien. Dat is toch wel bijzonder gewelddadig en dat mag echt niet gepromoot worden. Voordat je het weet nemen kinderen massaal schildpadden mee naar school en gaan ze die naar elkaar gooien tijdens de gymles.
Dit argument is natuurlijk een beetje overtrokken en je zou zeker een discussie kunnen voeren over de gewelddadigheid van sommige games, maar verbannen is volstrekt idioot, zeker met de strekking die gesuggereerd wordt. Belangrijk om hierbij te bedenken is namelijk dat veel grote bedrijven in de game-industrie in Amerika gevestigd zijn. Vooral op het gebied van uitgevers is er meer dan genoeg te vinden.
De Amerikaanse game-industrie past zich aan
Microsoft, Epic Games, Activision-Blizzard, EA en Take-Two Interactive zijn allemaal Amerikaanse bedrijven. Als we naar de bibliotheken van deze uitgevers kijken, dan zijn er heel veel games die we niet terug gaan zien bij een mogelijk verbod. Nou kan je denken dat we daar in Europa niet veel last van gaan hebben, maar dat lijkt onwaarschijnlijk. De Verenigde Staten is namelijk een groot aandeel van de markt als het aankomt op gaming en uitgevers gaan daar zeker wel hun bibliotheek op aanpassen als het nodig is.
Een Microsoft gaat bijvoorbeeld niet speciaal voor de Europese en Aziatische markt gewelddadige games produceren, want dat verdient het nooit terug. Wat in Amerika onder Donald Trump in de game-industrie gebeurt is daarmee waarschijnlijk veel belangrijker dan we ons momenteel beseffen. Voordat we echt aankomen bij het verbannen van gewelddadige games is er nog een ander probleem, de gehekelde importheffingen.
Het importheffing probleem
Sinds de
Switch 2 prijs bekend is wordt er heel veel gespeculeerd over waarom de nieuwe console zo duur is. Sommige analisten wekken de suggestie dat de prijs zo hoog is vanwege de importheffingen van Trump. Veel onderdelen van de
Switch 2 worden immers geproduceerd in Vietnam. Dat was eerst overigens China, maar vanwege de aanvankelijke aankondiging van de importheffingen had
Nintendo al besloten zijn productie te verplaatsen.
Dat Vietnam vervolgens ook heffingen op zijn dak kreeg, had Nintendo niet zo gauw verwacht.
Volgens analisten zou de console van Nintendo aanzienlijk duurder moeten zijn in Amerika, maar ook daar blijft de Switch 2 prijs steken op 450 dollar. Het kan zijn dat Nintendo heeft gekozen voor een vaste wereldwijde prijs, maar waarin de heffingen zijn meegenomen. Dit wordt kracht bijgezet door speculaties over de Switch 2 prijs die voor de Switch 2 Direct plaatsvonden.
Verschillende lekkers kwamen met de prijs namelijk niet boven de 400 euro uit en dan is het toch bijzonder dat de prijs ineens 70 euro hoger ligt. Om nog maar te zwijgen over de nieuwe prijs van games voor de Switch 2. Inflatie is natuurlijk ook een ding in de economie en het schijnt zelfs zo te zijn dat de huidige Mario Kart bundel relatief gezien goedkoper is dan de Switch-bundel met The Legend of Zelda: Breath of the Wild bij de release van de eerste Switch.
Consument de dupe
Het is dus nog wel de vraag of de Switch 2 prijs is beïnvloed door de importheffingen van Trump, maar de kans is vrij groot dat we er in de toekomst wel wat van gaan merken. Hoe je er ook over denkt, een handelsoorlog is nooit goed. In het bijzonder zijn vooral consumenten altijd de dupe van dit soort beslissingen. Een bedrijf gaat namelijk niet de extra kosten voor zijn eigen rekening nemen, maar kiest ervoor om de extra kosten door te berekenen aan de consument.
Gamen is vanuit zichzelf al een dure hobby, consoles en de bijbehorende games zijn namelijk niet goedkoop. Als dit alleen maar duurder gaat worden, dan wordt gamen een lastige hobby om te behouden. Om nog maar te zwijgen over grote uitgevers en ontwikkelaars die zomaar kunnen omvallen door te weinig inkomsten, want als de consument geen geld heeft, dan kan de consument het ook niet uitgeven aan nieuwe games. Alleen daarom is Trump al een gigantische bedreiging voor de game-industrie.
Een teken van hoop
Laten we hopen dat de game-industrie variant van Domino Day nog even uitblijft en dat de industrie weet om te gaan met deze lastige situatie. Als we iets in het verleden hebben geleerd over de game-industrie, dan is het dat de meeste bedrijven heel goed zijn in het navigeren van complexe economische omstandigheden. De consument zal misschien wel financieel moeten bloeden hiervoor, maar dat is iets wat we dan maar voor lief moeten nemen.
We duiken een bijzonder onzekere tijd in. Van een instabiele economie tot aan de oorlog in Europa, de wereld lijkt compleet gek geworden. Gelukkig hebben we nog onze favoriete hobby, waarmee we even kunnen ontsnappen aan de dagelijkse ellende. Laten we hopen dat de ESA en verschillende overheidsinstanties zich verzetten tegen de waanzin van Trump zodat onze mooie hobby intact blijft.