Dragon Ball-fans hebben er lang op moeten wachten, maar na zeventien jaar is één van de meest-geliefde
fighting games gebaseerd op de geliefde reeks terug.
Dragon Ball Z: Budokai Tenkaichi 4 -eh, nee,
Dragon Ball Sparking Zero- is hier! Maar is de terugkeer van de vechtserie alleen een fuifje voor fans van vroeger of kun je als nieuwkomer ook instappen? Ontdek het in onze Dragon Ball Sparking Zero review.
Dragon Ball, of je de anime vroeger nu wel of niet gezien hebt; van de reeks heb je onbewust veel meegekregen. De schreeuwende vechtersbazen van Akira Toriyama, die eerder dit jaar overleed, wisten over de hele wereld fans te maken. Ook in gamevorm, waarbij de
Dragon Ball Z: Budokai Tenkaichi-games van de PS2-generatie veel fans wisten te maken.
Nieuwe naam, zelfde serie
Dragon Ball Sparking Zero is het vierde deel in de reeks, maar laat de Budokai Tenkaichi naam achter zich. Die naam werd namelijk alleen voor de Westerse releases gebruikt, pakweg 20 jaar geleden. In Japan heette Dragon Ball Z Budokai Tenkaichi 3 namelijk Dragon Ball Z Sparking Meteor.
Dat brengt ons in 2024 voor het vierde deel in de reeks: Dragon Ball Sparking Zero. Net als de Budokai Tenkaichi-naam wordt ook de Z achterwege gelaten, want deze 3D arena-fighter is veel groter dan alleen
Dragon Ball Z. Ook de versies van geliefde Saiyan als Goku en Vegeta uit Dragon Ball Super zitten in het nieuwe deel.
Met 182 personages is het de meest uitgebreide keuze aan personages ooit voor de reeks, al is dat getal wel een beetje vertekend. Zo zijn er alleen al negen versies van Goku te vinden in de game. Daarbij zit het verschil vooral in welke transformatie de held kan doen en zijn gelijkenis verschilt op basis van de serie (en soms zelfs in welke arc van bijvoorbeeld Dragon Ball Z je zit). Zonder al die poespas kom je uit op 81 verschillende vechtersbazen (net zoveel als in Budokai Tenkaichi 3).
Een stralend-ogend warm bad
Voor eenieder die vroeger de Budokai Tenkaichi-games gespeeld heeft, voelt het nieuwe deel dan ook aan als een warm bad. Nostalgie is het eerste wat je bekruipt, vooral wanneer je de klassieke controller-instellingen gebruikt die de game grotendeels doet aanvoelen als hoe het spel vroeger speelde.
Drie consolegeneraties later is het grafische verschil ongekend groot. Vechten in één van de vele modi is dan ook al snel een waar spektakel. Zo kun je voor Episode Battles kiezen, waarbij je als het ware Goku’s verhaal kunt doorlopen en alle grote gevechten meemaakt die de goedlachse held heeft meegemaakt. Maar kun je ook met Vegeta, Trunks of zelfs Goku Black aan de slag en hún verhaallijnen doorspelen.
Uiteraard kun je ook online of offline een toernooi opzetten, custom battles doorspelen (of zelf maken) en is er een online ranked modus waarin je je kunt meten met de beste vechtersbazen ter wereld. Ook is er een lokale co-op modus, maar daarover later meer. Eén ding staat in elke modi in ieder geval centraal: vechten.
Spektakelstuk
En dat vechten voelt goed. Heel goed als je de oude games gespeeld hebt, waarbij het weinig moeite kost om met zweethandjes de controller vast te houden en je met geknepen billetjes tot het uiterste gaat om de winst over de streep te trekken. Net zoals Goku dat zelf constant doet als hij weer een sterkere tegenstander ontmoet in de anime.
Explosies vliegen je om de oren wanneer er weer een Kamehameha-straal je kant op wordt gegooid, maar een welgeplaatste manoeuvre kan het verschil maken om die te ontwijken. En dan is het jouw beurt om een superaanval eruit te gooien, mits je genoeg Ki hebt. Dat is immers de centrale mechanic (die je handmatig kunt opladen of via combo’s opbouwt) om grootse aanvallen uit te voeren die het gevoel geven alsof je zelf in de anime rondloopt.
Het is precies wat je hoopt van een game in de Budokai Tenkaichi-reeks. Het vechten voelt alsof je daadwerkelijk een Super Saiyan bent, die van ieder gevecht een spektakel maakt. Compleet met eventuele fusies of transformaties naar bijvoorbeeld (en deze naam is geen grap) Goku Super Saiyan God Super Saiyan.
Nieuwkomers opgepast!
Maar hoe is Dragon Ball Sparking Zero als je weinig tot geen ervaring hebt met de reeks waarvan 17 jaar geleden het laatste deel verscheen? Dan wordt het je niet gelijk makkelijk gemaakt om een vechtersbaas als Goku te worden. Na een hele korte (en té simplistische tutorial) geeft de game je namelijk de vrijheid om te gaan en staan waar je wil.
Om dan gelijk de Episode Battle in te duiken, lijkt de normale gang van zaken. Alleen als je nog niet precies weet hoe alle mechanieken in elkaar haken of de timing doorhebt voor wanneer je wel of niet een counter kunt plaatsen als Vegeta op je afkomt, kan het al snel frustreren.
Wat de game stiekem wil, is dat je eerst naar Super Training gaat (onder het kopje Battle). Vanaf daar kun je individueel iedere mogelijke move en mechanic oefenen, al moet je daarvoor wel constant terug naar het keuzemenu om de volgende op te starten. 30 tot 40 verschillende acties oefenen kan bovendien best overweldigend zijn.
Het spreekt voor de game hoe diep de mechanics van het vechten gaan, alleen had de game nieuwkomers wel iets beter of slimmer aan de hand mogen nemen om nieuwe fans te maken. Zo is het aan jezelf om uit te vogelen hoe je capsules aan Piccolo geeft, die hij dan weer kan gebruiken tijdens zijn gevechten in Episode Battle om een boost te krijgen die vechten makkelijker maakt.
Karig knalfuifje
Dan nog even over die lokale co-op modus. Het gaat om een 1-vs-1 modus waarbij je het tegen elkaar opneemt via splitscreen. Aan alles is duidelijk dat de modus pas vrij laat in de game is gekomen, iets wat een producent ook verkapt een half jaar geleden heeft opgebiecht.
Hoewel je namelijk dik 180 personages hebt om uit te kiezen (of 81 als je streng bent), kun je maar op één map het lokaal tegen elkaar opnemen: de Hyperbolic Time Chamber. Laat dat nu net de map zijn die grotendeels levenloos is en waarop vrijwel niets gebeurd als het aankomt op de breekbare omgevingen - die op alle andere maps wel te vinden zijn.
Waarschijnlijk is het de enige manier waarop de makers lokale co-op speelbaar wisten te krijgen, maar het is en blijft een bizarre keuze. Al die warme herinneringen die men heeft aan de Budokai Tenkaichi-games komen van die lokale gevechten tegen je vrienden op de bank na een lange dag school of in het weekend. Na zo’n lange afwezigheid had je dan toch gehoopt dat er meer liefde was geweest voor een geliefde modus als deze.
Dragon Ball Sparking Zero Review - Feest voor de oudere fans
Onderaan de streep is Dragon Ball Sparking Zero dan ook een goede game, maar wel een titel die het meest gericht is op fans van de games van vroeger. Nieuwere fans die het vechtsysteem van de Budokai Tenkaichi-reeks niet gewend zijn, zullen dan ook flinke moeite moeten doen om wegwijs te raken met de spectaculaire acties en combinaties die in dit diepgaande vechtsysteem verwerkt zitten.
Dat maakt het des te jammerder dat het spel nieuwkomers niet wat beter begeleid. Net zo jammer is het feit dat de splitscreenmodus een ondergesneeuwd kindje is in een game die anderzijds boordevol opties zit. Voor fans van de anime is het dan ook een waar genot om de gevechten zo trouw na te bootsen, al is er geen ontkennen aan dat oudere Dragon Ball-fans het een stuk makkelijker af zal gaan dan nieuwkomers.
7,5