Gamers overal, wees blij, het is eindelijk weer een maandag die niet geheel om voetbal draait! In plaats daarvan bied ik jullie anti-gaming moeders en semi-filosofische gedachten over racegames en het einde van GTA 5. En een enorme monsterpenis.
Zoals jullie misschien al wel weten, ben ik momenteel druk bezig met mijn masterscriptie. Dat betekent dat ik veel tijd achter m’n computer doorbreng, soms analyserend, meestal internettend. En dan merk je dat een professioneel procrastinator het internet snel uitheeft. Maar soms, heel soms, als je echt geluk hebt, vind je precies waar je naar zoekt: een pareltje dat je urenlang van je eigenlijke werk houdt.
De meeste van die (gamegerelateerde) pareltjes verzamelt
Kotaku. Zo ook het pareltje van de dag, een recent opgericht
Twitter-account. Helaas nep, doch onherroepelijk leuk. Een paar favorieten:
Q. At what age should you have the talk about gaming? A. A game-free lifestyle should be established at infancy. - The Moms
— Moms Against Gaming (@MomsAgainstGam) 30 juni 2014
Als je zo ‘hard’ studeert als ik, zijn een paar tweets natuurlijk niet genoeg afleiding. Daarom was mijn doel de afgelopen maanden het uitspelen van
Grand Theft Auto 5. Eindelijk. Een paar dagen geleden heb ik dat doel eindelijk behaald, na eindeloos rondcruisen in Rockstars nieuwste opus. En het einde viel me best tegen.
Ik vond de finishlijn van Micheal, Trevor en Franklin tamelijk tam, als een kaars die rustig dooft, niet ontploft. Misschien ligt het aan mijn keuze. Toegegeven, het is een goed einde voor de game; het verhaal is rond, het avontuur is afgelopen. Toch kan ik er niet omheen dat het bij mij enige teleurstelling oplevert, dat gebrek aan die laatste knal, dus ik ben erg benieuwd hoe jullie ernaar kijken.
Na het negenmaandenplan dat GTA V heette (ik kocht de game al op release maar legde ‘m na een weekje aan de kant) ben ik op zoek naar een nieuw afleidingsproject. Suggesties?
Watch Dogs is mijn gedachten gepasseerd – helemaal omdat het een mij een excuus geeft de PS4 af te stoffen – maar ik wil liever de toeristische, vaak ongeziene indieroute volgen. Een keer niet naar die ene camping in Frankrijk; gewoon rijden tot de motor uitvalt. Maar in welke richting?
Over rijden gesproken, na de uitstekende
GRID: Autosport-recensie van Lars kreeg ik spontaan weer zin in het spelen van de seriestarter. Na een halfuurtje racen staat me weer bij waarom ik tot mijn spijt weinig racegames speel: ik kan er geen hout van. Ik geef de schuld aan het racegenre in het algemeen, die mij structureel een goede, duidelijke tutorial weigert. Rechter schouderknop is gas, zoek de rest zelf maar uit.
Na een paar uurtjes rijden – of beter gezegd, de computergestuurde tegenstanders analyseren – lukt het stiekem best aardig, al voel ik me altijd als een gitarist die zichzelf heeft leren spelen; best goed en altijd uniek, maar niet zoals de 'echten' het doen. Fuck it, ik speel goed genoeg om indruk te maken op non-gitaarspelers. En ik race goed genoeg om non-gamers ver achter me te laten. Daar gaat het om.
Ik laat jullie achter met een filmpje dat geen enkele relevantie heeft voor deze tekst, maar wel voor mij: ik heb er vandaag hartelijk om gelachen. Ik hoop dat jullie hetzelfde doen. Want wat is er nou leuker dan een enorme penis? Een enorme monsterpenis.